Guus van den Berg
Wat ik doe?
“Als senior archeoloog sprong ik meteen in het diepe. Ik werd vanaf dag één bij alle lopende onderzoeken betrokken. Veel archeologen gaan op een gegeven moment bureauwerk doen. Maar dat echte ontdekken in het veld, vind ik nog steeds heel fijn. In deze functie ben je van alle markten thuis en je blijft dus ook fysiek lekker bezig. En dan ook nog eens in Alkmaar, de stad waar ik al van jongs af aan mee verbonden ben. Beter had ik het niet kunnen treffen.”
Wat mij beweegt?
Ik was 17 toen ik een brief schreef aan Peter Bitter van de gemeente. Maar het duurde nog drie jaar voordat ik ook daadwerkelijk in actie kon komen voor de archeologische dienst. Ik had Peter wel eens telefonisch gesproken voor studieadvies. En mijn vakkenpakket bleek gelukkig goed. Geschiedenis had ik al en ik moest letten op wiskunde A, want dat is goed voor meetkunde. Ook moest ik mijn ruimtelijke inzicht versterken.”
De meeste indruk op mij maakte…
“In 1994, drie jaar na die brief, was er hulp nodig bij archeologisch onderzoek in de Grote Sint Laurenskerk. Ik had me net ingeschreven voor de studie Archeologie aan de Universiteit van Amsterdam, waar ik na de zomer mee zou beginnen. Ik kreeg een officiële uitnodiging voor een kennismakingsgesprek met Peter Bitter. Vervolgens heb ik de hele zomervakantie, zes weken lang mogen graven in de Grote Kerk.”
“Het was sowieso supergezellig! Peter Bitter was erbij, Rob Roedema, en nog een heleboel anderen. Het was een heel groot team. Maar het was ook confronterend vanwege al die graven. Het feit dat je de dood zo van dichtbij aanschouwt, vond ik wel een beetje spannend. Ik vroeg me van tevoren af hoe ik daarmee om moest gaan. Maar ik merkte dat de archeologen dit onderwerp heel respectvol behandelden. Ze wilden natuurlijk ook zoveel mogelijk te weten komen van die mensen die daar begraven lagen.”
Lees ook het interview met Guus in Erfgoedmagazine Alkmaar 72 van april 2025.