Belgische patroonheiligen op messing hanger

Vondst op vrijdag

Op Instagram belichtten we vandaag een messing hangertje, dat in februari 2009 werd gevonden bij een klein archeologisch onderzoek op de hoek van de Doelenstraat en de Koningsweg, waar de eerste helft van de zeventiende eeuw Herberg Het Hof van Holland gevestigd was. Het messing hangertje toont de beeltenissen van de patroonheiligen van de Belgische stad Dendermonde. Wat zou het verband zijn met de plek waar het gevonden is?

Aanleiding voor de opgraving was het verwijderen en vernieuwen van de vloer van een aanbouw van ongeveer 5 bij 5 meter op de plek van de voormalige binnenplaats van het hoekpand. Bij deze opgraving werd een beerput aangetroffen met vondstmateriaal uit de periode 1600 tot 1650. De vondsten bestonden voor het grootste deel uit servieswerk, drankgerei en tabakspijpen.

Daarnaast vonden we ook een messing hangertje met een hoogte van 3 cm. Er zat een oogje aan met daaraan een ringetje. In reliëf is er een afbeelding te zien van twee heiligen met randtekst ‘S Hilduardis . et . S CH….’ Hoewel een deel is weggerot en de keerzijde ook flink aangetast is, is met een beetje fantasie een staande leeuw te herkennen.

Dendermonde

Het blijkt hier te gaan om de patroonheiligen van de Belgische stad Dendermonde: de Heilige Hilduardus en de Heilige Christiana. De Heilige Hilduardus zou tussen de jaren 725 en 750 te Toul in Lotharingen geboren zijn. Volgens de legende zou hij in de tweede helft van de achtste eeuw naar Vlaanderen getrokken. Doel was de mensen daar te bekeren. Deze opdracht zou hij, tijdens een verschijning, hebben gekregen van de Heilige Petrus.

Hilduardus stichtte in Dikkelvenne, in het land van Aalst, een klooster en kerk waar hij met zijn bekeerde gemeenschap leefde. Ook de Heilige Christiana die al enkele mirakelen op haar naam had staan, vond haar weg naar Dikkelvenne en sloot zich aan bij Hilduardus’ gemeenschap. In het jaar 815 overleed Christiana na een vroom en godsvruchtig bestaan. Slechts één jaar later stierf ook Hilduardus. Hun stoffelijke resten kregen hun laatste rustplaats in de kerk van Dikkelvenne. Dit kunnen we lezen in ‘Dendermondse processiecultuur onder de loep’ van Ilse Dierick, 2012, Universiteit Gent.

Wat de penning precies betekent, is vooralsnog niet bekend. Het archief van Dendermonde is tijdens de eerste wereldoorlog volledig verwoest waardoor ook veel historische informatie verloren is gegaan. Mogelijk gaat het hier om een bedevaartpenning maar in de literatuur zijn geen voorbeelden bekend.
Een echte verklaring voor de penning kunnen we dus niet geven. Of misschien toch?

Rederijkers

In 1452 werd in Dendermonde de Rederijkerskamer de Leeuwerckenaers opgericht, die nog steeds bestaat. Hilduardus en Christiana zijn ook patroonheiligen van dit genootschap. Rederijkers waren amateur-dichters en voordrachtkunstenaars die zich in de late middeleeuwen gingen organiseren in verenigingen. De eerste Nederlandstalige ‘kamers’ ontstonden in Vlaanderen. Na de val van Antwerpen in 1585 begon de bloeiperiode van de rederijkerij in Holland. In de Zuidelijke Nederlanden werden te kritische rederijkers door de Spaanse bezetters immers opgepakt en vermoord zodat heel wat schrijvers uitweken naar het noorden. Rederijkers waren vaak betrokken bij georganiseerde uitingen van feestvreugde naar aanleiding van belangrijke en voor de Verenigde Provinciën positieve gebeurtenissen tijdens de Opstand tegen Spanje. Er waren ook wedstrijden om uit te maken welke rederijkersgroep het beste toneelstuk schreef en opvoerde. Deze wedstrijden heetten landjuwelen. De aankondigingen voor een landjuweel werden vaak al lang voor de wedstrijd zelf verstuurd. De uitnodiging voor zo’n wedstrijd heet een kaart. Met de kaart werden ook de opdrachten en de prijzen genoemd. Vaak werd er tijdens een wedstrijd in verschillende onderdelen geconcurreerd. De winnaar kreeg de prijs en moest de volgende keer de wedstrijd organiseren.

Feestcultuur

Rederijkers hebben in de feestcultuur, zeker in het gewest Holland, een belangrijke bijdrage geleverd aan de politieke bewustwording van hun publiek en aan het verzet tegen Spanje. Een uitgelezen plaats voor een voordracht waren natuurlijk herbergen en kroegen waar onder het genot van een alcoholische versnapering of een trek aan de pijp kon worden geluisterd naar het orale verbaal van de rederijker. Jan Steen schilderde tussen 1662 en 1666 een leuk tafereeltje genaamd ‘rederijkers aan het raam’ boven het uithangbord van een herberg of kroeg.

De vondst van de penning in de put van herberg het Hof van Holland in combinatie met zo`n tafereel op een schilderij geeft de penning wel een zekere meerwaarde. Het kan zomaar zijn dat een gevluchte rederijker uit de zuidelijke Nederlanden het etablissement heeft bezocht en hier, in de stad waar de victorie begon, zijn anti Spaande betoog hield.

De informatie voor deze rubriek wordt aangeleverd door Rob Roedema, archeoloog gemeente Alkmaar.