Terug naar het overzicht

Remko en Rogier geven Mijzenpolder icoon terug

Monumentenstatus voor gemaal Oostmijzerdijk

Stel je voor: je koopt een stuk land in de polder waar nog een ruïne op staat van een oud stoomgemaal. Je besluit het gebouw in ere te herstellen en er een modern houten woonhuis naast te zetten. Je vraagt zelfs – met succes – de monumentenstatus aan voor het gemaal, zodat het voor het nageslacht bewaard blijft. Remko Volkers en Rogier Roord gingen het avontuur aan en verruilen nog dit najaar hun drukke stadse leven in Amsterdam-West voor een totaal nieuw leven in de polder in Schermerhorn.

Maar hoe kom je dan terecht bij een gemaal in de polder?

Rogier: “Ik hield al een aantal jaren websites in de gaten met mogelijke interessante projecten. Dit gemaal kwam ik tegen op een site voor agrarische bestemmingen.”
Remko: “We zijn gaan kijken en zagen wel mogelijkheden. Toch hebben we nog een tijdje gewacht met de beslissing.”
Maar toen die beslissing eenmaal genomen was, ging alles snel. De agrarische bestemming was inmiddels aangepast, dus de mannen mochten ook gaan wonen op het perceel. Vervolgens schreven zij een brief naar de wethouder om de monumentenstatus aan te vragen voor het oude gemaal.

Icoon

Remko: “Gemalen maken een belangrijk deel uit van de geschiedenis van het polderlandschap. Er zijn nog wel wat gemalen intact maar er zijn er ook veel afgebroken. Wij willen dus graag de Mijzenpolder haar icoon teruggeven, door het gemaal geheel in oude stijl te restaureren.”

Bij dat restaureren hoort voor de eigenaren ook het herbouwen van de hoge schoorsteen die ooit voor het gebouw heeft gestaan. Rogier: “Net als bij het gemaal in Opmeer, daar staat ook nog de schoorsteen. Een bijzonder gezicht in die vlakke polder.”

Schuurwoning

Naast het gemaal komt een zwarte zogenoemde ‘schuurwoning’, geïnspireerd op de zwart geteerde schuur die er vroeger stond. Dat is nog te zien op tekeningen uit de jaren veertig van de vorige eeuw. Remko: “Door er een zwarte houten woning naast te bouwen, slaan we als het ware een brug naar het verleden.”
Rogier: “Maar het wordt wel een modern strak gebouw, dat vinden we zelf het mooist.”
Remko: “Er waren eerst plannen voor historiserende bouw. Dan zet je er eigenlijk een pand naast, helemaal in de oude stijl gebouwd. En dan kun je dus niet meer zien wat nou oud is en nieuw. Wij vinden dat geschiedvervalsing. En de mensen van Monumentenzorg waren het helemaal met ons eens.”

Aan de achterkant van het houten woonhuis komt een glazen kas en beide gebouwen worden met elkaar verbonden door een glazen gang. Rogier: “Zo blijft het onderscheid tussen oud en nieuw duidelijk zichtbaar aanwezig.”
De mannen zijn enthousiast over de samenwerking met de gemeente. Remko: “Mensen zeuren wel eens over gemeenten, maar wij hebben alleen maar medewerking gehad. Alles ging heel soepel, van het begin af aan. Het was lastiger om hier bouwstroom te krijgen dan de zaken met de gemeente te regelen.”

Met het bouwen zijn ze inmiddels al een eindje op weg. En vlak voor ons bezoek aan het bouwproject is ook de monumentenstatus voor het gemaal een feit. Wij mogen de mannen melden dat de brief van de gemeente onderweg is.
Rogier: “Ja, dat vind ik zo ontzettend leuk, dat het nu een officieel gemeentelijk monument is!!”

Duurzaam

Remko en Rogier, die in het dagelijks leven samen een interieurbouwbedrijf runnen, pakken hun project groots aan, in elk opzicht. Niet alleen architectonisch, maar ook op het gebied van duurzaamheid. Het hele project wordt namelijk autarkisch gebouwd. Dat wil zeggen dat alle benodigde energie zelf wordt gewonnen en er geen aansluiting komt op gas. Wel op elektriciteit, want zo kun je zelf gewonnen stroom terug leveren aan het net.
Rogier: “Op het dak van de houten woning komen straks wel 30 zonnepanelen plus zes heatpipes.”
Remko: “En die zonnepanelen liggen er niet op, maar worden geïntegreerd in het zinken dak.”

Terwijl we rondlopen op het terrein, komt één van de buurmeisjes nieuwsgierig kijken. Remko: “We hebben al heel goed contact met de buren. Er wonen hier twee jonge gezinnen en alles gaat in goed overleg.”
Rogier: “Zij houden ook ons land voorlopig nog bij, door er schapen op te laten grazen.”

Stadse leven

Remko: “Voor contact met de rest van de wereld zal straks al snel een auto nodig zijn. En dat is wel heel anders dan het stadse leven dat we gewend zijn. Musea, markten, restaurants… In Amsterdam ben je overal zo. Lopend of met de fiets. Ik denk dat ik dat nog wel zal missen.”

Rogier: “Ik heb dat een tijdje heel fijn gevonden, maar merk de laatste jaren dat ik er steeds minder behoefte aan krijg. En wat ik vooral mis, is naar buiten kunnen lopen met je voeten in het gras in plaats van op een balkonnetje van een paar vierkante meter.”

Remko: “Maar we zijn al begonnen met de integratie hoor! In november hadden we een feestje rondom het slaan van de eerste paal. En dat wilden we natuurlijk vieren in het plaatselijke café, ’s Lands Welvaren. Ik wilde graag een Surinaams buffet maar kreeg de tip om voor lokaal te kiezen. Met echt Hollands eten met producten uit de polder. Dat hebben we gedaan en het was zo’n groot succes! Hé, wat leuk! Dat eten we eigenlijk nooit meer, kregen we te horen van onze vrienden!”

Samenwerking

De werkzaamheden worden uitgevoerd door aannemersbedrijf Duinmaijer uit de Rijp. Remko: “Met hen hadden we meteen een klik. En dat is wel belangrijk als je zo’n groot project aangaat met elkaar. En de samenwerking gaat tot nu toe gelukkig heel soepel.”
Rogier: “Wij zijn hier vooral in de weekends, om te kijken hoe het gaat. Doordeweeks zijn we natuurlijk zelf aan het werk in ons interieurbouwbedrijf.”

En hoe bevalt het om niet alleen samen te leven en te werken, maar ook nog zo’n avontuurlijk project aan te gaan?

Rogier: “Dat bevalt heel goed! We hebben ons ook echt voorgenomen dat het een feestje moet zijn en blijven. Dus stress willen we zoveel mogelijk voorkomen!”
Remko: “Ja, we hebben steeds tegen elkaar gezegd: het proces moet gewoon leuk zijn! En dan helpt het natuurlijk enorm dat de samenwerking met de gemeente soepel loopt.”

Rogier: “En met de buren; want die zadel je natuurlijk ook een flinke periode op met een bouwplaats achter de deur.”

De herbouw van het gemaal en de bouw van het woonhuis zullen naar verwachting in het najaar worden afgerond. Dan willen de mannen verhuizen naar hun nieuwe stek.
Remko: “En dan is de eerstvolgende stap die schoorsteen. We hopen eigenlijk dat we daar subsidie voor kunnen krijgen via de Provincie en het Prins Bernhardfonds. Daar zijn we nu mee bezig.”

Het gemaal

Het voormalige gemaal aan de Oostmijzerdijk ligt aan de oever van het riviertje de Gouw, te midden van het open veenweidelandschap in Schermerhorn. Het gemaal voerde tot 1920 het water vanuit de polder omhoog naar een molenkolk. Via de molenkolk werd het water verder afgevoerd naar de Beemsterringvaart.

Het gaat hier om een typisch negentiende-eeuws stoomgemaal. Dat is te zien aan de hoofdvorm, de constructie, het materiaalgebruik en verschillende details. Het is een ontwerp van J.Goldberg uit Hazerswoude die ook tekende voor onder meer het rijksmonument de Antagonist in Leidschendam. Opvallend is de nog aanwezige vijzelkom die de herinnering levend houdt aan de landschappelijke ontwikkeling van het veenweidegebied in de gemeente Alkmaar, met name in de Mijzenpolder.