Verdronkenoord/Huigbrouwerstraat (deel 2)
Vondst op vrijdag
1 oktober 2021
Dit is deel 2 van een miniserie van vijf delen over vondsten uit een beerput die in de veertiende en vijftiende eeuw hoorde bij Verdronkenoord 139 maar die later bij Huigbrouwerstraat 3 is gaan horen (zie ook de eerdere ‘Vrijdagvondsten’).
Vandaag: aardewerk uit de periode 1725-1800, toen de put al hoorde bij de Huigbrouwerstraat. Het aardewerk is gevonden in de bovenste van in totaal drie stortkokers.
Vanaf de achterste rij en vervolgens verder naar voren zie je een serie Delfts aardewerken borden waarvan de bovenste is geïnspireerd op het Chinese porselein. Links daarvan een bord dat vermoedelijk gemaakt is in Friesland, met een slibwerk decoratie die typerend is voor die tijd. Links voor zie je twee Delfts aardewerken papkommen. Zowel in het bekende blauw op wit als in een veelkleurige uitvoering. Ook het voorste bordje is versierd met slibwerk in de vorm van een gekruist lijnenpatroon. Dit bordje komt uit het Neder-Rijn gebied. De roodbakkende kan, helemaal rechts, is gemaakt in een Friese pottenbakkerij. Net als de groene kan die er links naast staat en de vier vlekkengoed roomkannen daar omheen.
Theekopjes
Rechts op de voorgrond een stapel kop en schotels van Engels steengoed en een enkele industrieel wit aardewerken kop. Allemaal bedoeld voor thee en gemaakt in Staffordshire rond 1740-1760. Ook de twee Chinees porseleinen kopjes op de voorgrond zijn duidelijk bedoeld voor thee. Als we deze serie vergelijken met het zeventiende-eeuwse vondstmateriaal uit dezelfde put dat we vorige week bespraken, kun je concluderen dat de bewoners die het pand aan de Huigbrouwerstraat 3 in de achttiende eeuw bewoonden het een stuk minder breed hadden dan de mensen die er honderd jaar eerder woonden.
Bekijk alle ‘Vondsten op vrijdag’